Dertig zeelieden overleefden de schipbreuk van het VOC-schip Amstelveen op de zuidkust van Oman in 1763.
Ze liepen hemelsbreed ruim 500 kilometer blootsvoets, in de hitte, snakkend naar water, beroofd door Bedoeïenen. Hun tocht werd een ware martelgang. Uiteindelijk bereikten ze de bewoonde wereld vrijwel naakt. Sommigen haalden het niet, het lot van achterblijvers bleef onzeker. De schipbreuk van het VOC-schip Amstelveen kon worden opgelost na de vondst van het journaal van de derde stuurman, Cornelis Eyks. Hij bereikte met enkele lotgenoten Muscat en reisde vandaar via Kareek in de Perzische Golf door naar Batavia waar hij werd ondervraagd. Onderweg schreef hij dit fascinerende journaal. Zijn verslag van de loodzware voettocht van dertig drenkelingen door de woestijn van Oman is het oudste westerse document over Bedoeïenen aan de zuidkust. Het werd in 1997 teruggevonden in Frankrijk en is hier herdrukt en dankbaar benut voor een navertelling die ook in het Engels verscheen als 'Shipwreck & Survival in Oman, 1763'.