In de negentiende eeuw oefende Nederland gezag uit over uitgestrekte gekoloniseerde gebieden in Azië en in het Caribisch gebied. De marine was van cruciale betekenis om de verbindingen met deze gebieden te onderhouden en het gezag te handhaven. Voor deze taken werden in de tweede helft van de negentiende eeuw tientallen schepen gebouwd met gecombineerd zeil- en stoomvermogen.

Deze zogeheten schroefstoomschepen werden in uiteenlopende tonnages en afmetingen van hout, composiet, ijzer en tenslotte staal geconstrueerd. Ze werden naar gelang de machinevermogens in vier klassen onderverdeeld. Het meest talrijk waren de in de vierde klasse ingedeelde kleinste eenheden die de geringste machinevermogens hadden.

Het enige nog resterende schroefstoomschip is een van ijzer gebouwde eenheid uit de vierde klasse die in 1878 als Zr. Ms. Bonaire in dienst werd gesteld. De Groningse Foeke Roukema verdiepte zich tot in detail in dit schip. Dit boek bevat zijn beschrijvingen en tekeningen van de Bonaire en van het model dat hij van het schip vervaardigde.