Zo'n 75 jaar geleden vonden in de Verenigde Staten de eerste experimenten met diepe hersenstimulatie plaats. Deze behandeling, toen bedoeld voor psychiatrische stoornissen, moest een alternatief vormen voor de ingrijpendere lobotomie en elektroshocktherapie. De resultaten bleken echter onvoorspelbaar en artsen stonden voor raadsels over de precieze werking ervan op het brein. Toch waarschuwden onheilsprofeten al snel voor massale hersenspoeling en gedragsbeïnvloeding, waarbij ze verschillende maatschappelijke spanningen en angsten op deze techniek projecteerden. Dit boek toont de turbulente geschiedenis van diepe hersenstimulatie, waarin grote technologische stappen werden gezet maar ook veel belangrijke vragen onbeantwoord zijn gebleven.