Op 29 juli 1774 werden de 54-jarige Johan Godard Biertempel, vooraanstaand burger en schepen van de stad Helmond, en zijn 25-jarige dochter Petronella Cornelia veroordeeld wegens incest. Hij werd gewurgd, zij kreeg vijftig jaar tuchthuis opgelegd. Geïntrigeerd door dit opmerkelijk vonnis reconstrueerde historicus Henk Roosenboom het levensverhaal van vader en dochter.
Johan Godard Biertempel, rond 1720 geboren in Ieper, groeide als wees op in Middelburg. Hij werd zeeman en militair. In Suriname bestierde hij vijftien jaar lang een plantage. Nadat weggelopen slaven zijn derde vrouw hadden vermoord, ging hij met Keesje, dochter uit zijn tweede huwelijk, terug naar de Republiek. Hij vestigde zich in Helmond en werd onmiddellijk lid van het stadsbestuur. Na aanhoudende geruchten dat Keesje zwanger van hem was, werden beiden gearresteerd. De drossaard en andere Helmondse notabelen probeerden in ruil voor veel smeergeld de zaak in de doofpot stoppen. Uiteindelijk greep de Raad van Brabant in.