Beste jongen,
Op het ogenblik dat ik dit schrijf ben jij nog geen zeven jaar. Ik weet niet, wat je moeder thans voor je is en wat ze eenmaal voor je zal zijn, wanneer je dit leest. Ik vermoed: een lieve schim, die je als door een nevel ziet en die alleen enige gestalte voor je kan krijgen door wat relieken: portretten, boeken, brieven. Het is daarom, dat ik je deze brieven schenk; ze mogen je het beeld geven van de fijne, warm levende, innig voelende vrouw, die ze is geweest, een vrouw, aan wie ik met dankbaarheid en genegenheid zal blijven denken, zolang ik leef.
Meer dan zestig jaar hebben de brieven die Annie Otten-Wolff aan Jacques Presser schreef, onaangeroerd in diens nalatenschap gelegen vóór haar zoon Daniël Otten ze in bezit kreeg. Presser, die als historicus steeds pleitte voor het persoonlijke element in de geschiedschrijving, had de brieven zorgvuldig bewaard. Hij wilde Daniël als hij volwassen zou zijn, de mogelijkheid geven het wezen van zijn in Bergen-Belsen omgekomen moeder te leren kennen. Zijn vader was al vóór zijn geboorte verongelukt en hij groeide op in een pleeggezin. De brieven getuigen van hartstocht, van liefde, van empathie en van troost in de gruwelijke tijd van de bezetting en de Jodenvervolging. Annie & Jacques is een ontroerende liefdesgeschiedenis in egodocumenten.